Mag het een beetje minder zijn
Leven zonder gluten, cacao, lactose en suikers. Niet simpel, dat blijkt uit de aarzelende zoektocht van de afgelopen weken. Intussen leerde ik een nieuw automatisme aan.
Dagboek van een veroordeelde.
Wanneer ik een drankje bestel, kijk ik onmiddellijk naar het aantal gram suikers per 100 ml, dat op het etiket terug te vinden is. Voor iemand die sinds jaar en dag gezworen heeft nooit calorieën te gaan tellen, zoals men bij Weightwatchers doet, kan zo’n handeling al tellen. Ik dronk sowieso niet veel frisdrank, maar een frisse Gini met ijsblokjes op een zomers terras gaat er wel in als dorstlesser. Intussen ben ik overgeschakeld op tomatensap, waarbij ik verwoed kijk hoeveel suikers erin zitten, en zelfs daar varieert die van merk tot merk met gemak van twee tot 5,5 gram per 100 ml.
Het is onthutsend vast te stellen dat werkelijk al onze voedingsmiddelen worden volgepompt met suikers. Het kan toch niet de bedoeling zijn kinderen van kleins af aan vol te stoppen met suikers, of moet ik zeggen vergif, die ze niet nodig hebben. Suikers zijn natuurlijk conserveringsmiddelen, maar dienen vooral om de verkoop op te drijven, door ons verslaafd te maken aan zoetigheid. Had ik dit eerder geweten, dan had ik mijn kind op dit vlak wel anders opgevoed. Het is nooit te laat om je leven te beteren, al zal het voor mijn zoon nog niet voor meteen zijn. Ik heb intussen zelfs Spa Fruit, Lemon & Cactus ontdekt, een Gini-achtig drankje dat maximum twee gram suiker bevat. Hallelujah, en haast ongelooflijk!
Een beetje van dit, een beetje van dat
Dit weekend waagde ik me voor het eerst aan het bereiden van een witte saus op basis van speltbloem, een recept aangereikt door een eveneens veroordeelde collega. Ik ben een huiskokin, die zich baseert op de frasen van een Hollands liedje: “Een beetje van e dit, en een beetje van e dat, een beetje van e hier en een beetje zo”. Bij gebrek aan sojamelk ging ik met rijstmelk aan de slag. Een beetje vloeibare soja bakken en braden dikken met rijstmelk. So far so good, bio-bouillon erbij, proeven en... hmm niet slecht, maar wel beetje melig. Wellicht moet ik de volgende keer de bloem wat langer laten stoven.
Door de rijstmelk smaakte de saus ook wat zoetig. Even denken, ik doe er nog wat extra bouillon bij. De saus diende als basis voor een pastasaus met spinazie en gerookte zalm. Nog wat extra ditjes en datjes, beetje azijn, beetje gestoofde sjalotjes, beetje tijm, basilicum, peper, beetje roeren. Het is de eerste keer dat ik me aan een dergelijke experimentele keuken wijd. Koken met vreemde, me onbekende ingrediënten, is een heel avontuur. Dan bega ik, met een dubbel gevoel, mijn eerste bezondiging. Ik voeg er twee eetlepels mascarpone bij, in de hoop dat dit de zoetigheid en meligheid ietwat weet op te vangen. Ai, het zou niet mogen, want mascarpone is gekookte melk, terwijl ik steeds heb gedacht dat het een soort kaas was.
De liefde gaat door de maag
Daarenboven ligt het vetgehalte ervan vrij hoog. Tant pis, je leven beteren gaat blijkbaar niet van de ene dag op de andere. Geserveerd met volkoren spaghetti, wegens geen speltpasta in huis dien ik dit op voor husband-lief, een fervente aanhanger van biefstuk-friet met vette roomsauzen. Ik bekijk het schouwspel met argusogen.
Hoe zal dit aanslaan? De saus mocht iets dikker, verder is ze heel lekker van smaak. Dat blijkt wanneer mijn ventje een tweede portie opschept, zijn bord nét niet aflikt en nog een derde portie neemt.
Bon, het geheel was nog niet 100% zoals het zou moeten zijn, want lactose en vetten staan op de zwarte lijst, en de pasta was niet glutenvrij, maar het is al een hele stap vooruit in de evolutie van deze veroordeelde. En… het was meer dan te vreten, tegen alle verwachtingen in.
Getuigenis | Hélène, De Cocon, jaargang 10, editie 60