The Watcher
Ik leef al bijna heel mijn leven alleen. Veel mensen noemen dat eenzaam. Er ligt echter een zekere meerwaarde in het alleen zijn. Ik bedacht een ander woord om het alleenzijn samen te vatten; een ander woord dan het negatief geladen eenzaamheid: eenrijkheid. Eenzaamheid is een gevoel. Het is geen gegeven. Je voelt je eenzaam. Je bent alleen. Je kunt je pas alleen voelen als je minstens met twee bent. Het gras is altijd groener aan de andere kant van de heg.
Ik merk dat aan mijn eigen lyrische invulling van een relatie en aan de interpretatie die anderen aan mijn alleen-zijn geven. Er zijn er die mijn leven zielig vinden. Er zijn er ook die mijn leven avontuurlijk en spannend vinden. Die laatsten geloven dat ik elke avond op tafels sta te dansen en met een andere meid naar huis ga. Ik hou vaak gewoon mijn mond. Ik betrap mijzelf erop dat ik koppels vaak associeer met tederheid, liefde, geluk en passionele seks. De waarheid ligt, zoals steeds, in het midden.
Magische meisjes
Ik heb er niet voor gekozen om alleen door het leven te gaan. Die weg werd uitgestippeld op het moment dat ik mijzelf in mijn eigen wereldje terugtrok in de kleuterschool, gepest door mijn klasgenootjes. Tijdens de speeluren was mijn heiligdom de deur waar men toezicht hield. Daar voelde ik mij nog een beetje veilig. De drukte van de speelplaats vond ik bijzonder beangstigend en onbeschermd. ‘Hij zal daar wel uitgroeien,’ zullen ze gedacht hebben. Die passieve leerkrachten vond ik nog de besten. De ergsten konden het niet uitstaan dat ik daar stond. Ik ging dan gewoon ergens tegen een deur of muur staan om bescherming te hebben. Tijdens de lagere schoolperiode ging ik naar jongensscholen. Ik beschouwde meisjes als magisch, utopisch, zorgzaam en lief. Schets dan ook mijn verbazing toen ik in het middelbaar onderwijs voor het eerst met meisjes geconfronteerd werd. Ik vond het opwindend op een puberaal niveau. De ontgoocheling was groot toen bleek dat ze hetzelfde pestgedrag vertoonden als de jongens van mijn oude school. Ik trok mijzelf nog meer terug.
Er zijn er die mijn leven zielig vinden. Er zijn er ook die mijn leven avontuurlijk en spannend vinden.
Pennenvriendinnen
Op een dag besloot ik het woord eenzaamheid uit mijn vocabulaire te schrappen. Ik was en ben gewoon alleen. Om een beetje tegengewicht te bieden, zocht ik toch contact met meisjes door middel van brieven. Penvriendinnen waren dat dan. Daar kon ik dan ook bijzonder lange en persoonlijke brieven naar schrijven. Dat was mijn enige uitlaatklep, waar ik echt kon laten zien wie ik was. Ik werd vaak verliefd. Maar ik voelde mij sociaal gehandicapt. Ik kon mij geen houding geven als ik oog in oog kwam te staan met iemand anders. Verlegen noemden ze dat. Ik haatte mijzelf. Ik wou zoals de rest zijn. Gedurende al die jaren heb ik mensen bewonderd voor hun vrijgevochten houding.
Menselijkheid
In de comics die ik toen las, kwam er een personage voor die men The Watcher noemde. Een god-achtige entiteit die niets anders deed dan het hele universum gadeslaan. Zo was ik. Ik trok mij op aan de personages van de Star Trek-series die geen gevoelens hadden: de gevoelens onderdrukkende Vulcan Spock uit de originele reeks en de humanoïde robot Data uit de Next Generation. Ik wou, net als zij, onder de mensen vertoeven zonder gevoelens. Geen verdriet, pijn, lust en eenzaamheid als ik met anderen in contact kwam. Enkel als ik alleen was, stond ik mijzelf een beetje menselijkheid toe.
Sociaal doen
Ik kan tegenwoordig heel goed doen alsof ik sociaal ben. Voor mij is het een toneelstuk dat ik opvoer om mijzelf binnen een sociale context staande te houden. Ik krijg plankenkoorts in nieuwe sociale situaties. Ik ben niet sociaal, ik doe sociaal. Het kost mij telkens weer moeite. Als ik alleen ben, voel ik alle spanning uit mijn lichaam wegglijden. Dan voel ik mijzelf écht. Ik volg therapie om al de schade van mijn ‘onbezorgde jeugdjaren’ te proberen helen. Ik kom van heel ver. Het ontroert mij wanneer ik aanvaard en geapprecieerd wordt. Ik hoop daar nooit aan te wennen, dat ik de waarde ervan zal blijven inzien. Voor mij voelt sociaal zijn abnormaal. Soms veilig, soms niet. Een relatie zit er voor mij voorlopig niet in. Daarvoor voelt mijn Sociale Ik nog steeds te vreemd aan.
Omgaan met gevoelens is ook geen evidentie. Sinds ik hoogsensitiviteit ontdekt heb, besef ik dat het tijd is om verder op zoek te gaan. Ik heb gevoelens, maar ze zitten verscholen achter empathie. Ik kan enkel gevoelens van anderen zien. Niet die van mijzelf. Om mijzelf te beschermen, heb ik mijn empathie moeten intomen. Ik ben blij dat ik een blik mag werpen in de wereld van de HSP. Op die manier hoop ik een soort evenwicht te vinden tussen mijn gevoelens, mijn Mr. Spock en mijn Sociale Ik.
Getuigenis | Brys, D., De Cocon, jaargang 10, editie 56